Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. Het gaat hier om een deel van de geschieden

Mijn foto
Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. De informatie komt van foto's en brieven van Pieter Deys (1880-1945), de vader van Katy (1904-1977) Frits (1906-1949) en Adolf (1908-1940). Pieter was getrouwd met Sophia Draaijer (1872-1932). Frits trouwde met Els Nelson (1908-2004). Zij kregen 4 kinderen, mijn vader Henk (1932-2023), Willem (1934? als baby overleden), Bob (1935) en Els (1937).

donderdag 28 oktober 2021

Eind oktober 1933; vaderlijk advies

Er was een brief geschreven, maar die bleek niet verstuurd. 'Kinderen jullie hebben een rare vader uitgekozen,' ontlokt dat aan Pieter. Maar hij heeft het dan ook druk en gaat gebukt onder zorgen, vooral financieel. 'Die godvergeetmesche belasting doet me absoluut nog eens de doodsteek aan. Het is hier hetzelfde lied als in andere landen; verminderd inkomen en vermeerdere lasten.'
Gelukkig heeft Pieter een metgezel in huis, die wel eerder opdook toen die op schoot kroop, maar niet verder werd benoemd. Nu wel.
'Mijn hond ("Spot") legt even vertrouwelijk zijn twee voorpoten op m'n knie, steekt zijn snuit onder m'n arm door, kijkt me trouwhartig aan alsof hij mij zijn medeleven in den toestand wil betuigen en krult zich weer lekker inmekaar op zijn kussen.'
De zalige zondag is weer aangebroken en die voelt toch als een bootreis waarbij je hebt geboekt en betaald en dan een tijd lang zijn er geen verplichtingen en is er niemand in de buurt om je lastig te vallen. 'Zoo'n oase in de zorgwoestijn is Zondag. Zoolang als ik dan nog maar een groote pot thee en een pakje cigaretten heb kan de buitenwereld mijn de spreekwoordelijke bout hachelen.'
Pieter heeft eerst heerlijk 'uitgemaft', om 10 uur heeft hij thee gezet, daarna een kadetje opgewarmd, die hij met Spot deelt en daarna duikt hij weer met een boek (en sigaret) 'een poosje naar kooi om mezelf ervan te overtuigen dat het nou waarachtig Zondag was en dat ik kon doen en laten wat ik wou, daarna een spelletje gepatienced en nu zit ik lekkertjes in mijn pyama aan jullie te tikken.'
Bij de kinders is het nodige veranderd. Adolf is getrouwd en zit in Parijs en Frits in Bangkinang.*
'Ik vind Pa-rijs een prettiger lettergreep dan Bang-kina-ng. Het eenige goede dat ik voor jullie in die twee plaatsen kan ontdekken is dat jullie er beide zijn met de vrouw waar je veel van houdt. Alleen te Parijs is voor een jongmensch niet zoo gevaarlijk als alleen te Bangkinang. Adolf is dus nu van leerling in de familiegroepeering gezel geworden, Frits hebbende reeds 1 1/2 meesterstuk geleverd.'

Pieter kan zich voorstellen dat Frits en Els graag zouden weten hoe er op het nieuws van hun verhuizing wordt gereageerd, maar dat weet hij van anderen niet.

'Voor mezelf kan ik niet anders zeggen dan dat ik het heel verstandig van jullie vind om terwijl je nog jong bent je nest zoo groot te maken als jullie dat wenscht en dan stop te zetten. Els is flink en gezond dus kan er tegen, HP. krijgt spoedig een speelmakkertje en wat nog meer zegt dan dit alles is dat jullie later nog jong zullen zijn met de kinderen. Zoodra als een stel levenslustigen kinderen stil moeten zijn omdat vader en moeder na het eten zit te knikkebollen en zich bij alles in acht moet nemen, niet met vader of moeder kunnen stoeien, niet met de ouders kunnen praten omdat die het begrip jeugd ontgroeid zijn, een te afstandsch ouderenpaar hebben om aan een spelletje of een pretje mee te doen - dan is 't mis. Dat is goed voor den een noch den ander.'
Het is mogelijk dat Pa en Ma het niet zo eens zijn met de verhuizing, maar daar laat Pieter zich verder niet over uit. Wel wil hij even ingaan op zijn grootvaderlijk gevoel.
'Ik ben blij met en voor jullie vind HP. allemachtig aardig opgroeien (dat lachende kiekje met zijn kop omhoog terwijl hij over de vloer kruipt hangt b.v. in de spiegl van mijn buffet).' 
Maar Pieter is nog niet in het stadium dat hij meer voor zijn kleinkinderen voelt dan voor zijn eigen kroost. Voorlopig staan de kinderen op nummer 1 en de kleinkinderen komen op 2. 
'Mocht zich later de gelegenheid voordoen dat ik met mijn kleinkinderen in nader en langdurig contact kom en ze zijn gehoorzaam, netjes, niet brutaal, en bezitten in 't kort de eigenschappen die jullie hebben, nou, dan weet ik wel vooruit dat ik allemachtig geinteresseerd zal zijn in mijn kleinkinderen en er best mee zal kunnen opschieten.'
Als ze in godsnaam maar gehoorzame kinderen worden, want dan heb je er tenminste tot 'de bakvischleeftijd' geen last van en weten kind en ouder waar ze aan toe zijn. Daarna zullen tact en een vriendschappelijke verhouding het weer beter doen dan gezag. En laat ze vooral niet aan de zorg van anderen over, want: 'Jodenkinderen en Indische kinderen die aan de baboes overgelaten worden zijn gewoonlijk het meest onuitstaanbare gebroed voor hun omgeving.'
En dan is het heel prettig om drie kinderen te krijgen, want dan ben je niet zo met de angst voor gezondheid 'en andere beslommeringen' bezig. De kinderen zijn samen gebaat bij kennis binnenshuis met een onderling verband en 'wil men zich als ouder met zijn kinderen bemoeien, vooral tot het eind van hun lagere school periode, dan is drie net genoeg.' Met nog meer kinderen wordt het financieel te belastend, dus adviseert vader: 'go on strike after No.3. De middelen zijn tegenwoordig bizonder goed, practisch, gezond en onschadelijk, zonder afbreuk te doen aan het samenleven.'
Mede in verband met de komende verjaardag van Henkje op 5 november volgen er dan alvast gelukwensen en loftuitingen.
'Ik - maar dat is wellicht bevooroordeeld - vind jullie een paar fijne kerels. Jullie banen voor jezelf een weg en dat doet mijn dochter ook prachtig, waar ik godsluizig trotsch op en blij mee ben en heb het volste vertrouwen dat jullie gedrieèn, elk naar aanleg en capaciteit het best zullen maken. Neen, de richting waarin mijn wenschen uitgaan is die voor jullie waarachtig geluk. GELUK met een hoofdletter. Geluk binnen in je, geluk in je huis - je THUIS - tevredenheid in de omgeving.'
 

* Els schrijft bij de foto van 'Ons huis in Bangkinang' in het fotoalbum het volgende:
'Helemaal links is de overloop naar de bijgebouwen, keuken, badkamer, WC, twee bergkamers en een bediendenkamer. Boven de rechter heg uit steekt een "Japanse pisang" of waaierpalm, waarvan de bladeren allemaal vlak naast elkaar staan. Het huis heeft een cementen vloer en is verder van hout. Het dak is van z.g. "sirappen" Dat zijn platte stukken hout die als dakpannen over elkaar heen gelegd worden. Rechts van het huis is nog net zo'n oprit als hier.'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

1880-1945; Pieters cv 1893-1915

Het is weer eens tijd voor een update van de informatie rond Pieter Deys. Ik probeer zijn 'werkzame' leven op een rijtje te zetten e...