Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. Het gaat hier om een deel van de geschieden

Mijn foto
Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. De informatie komt van foto's en brieven van Pieter Deys (1880-1945), de vader van Katy (1904-1977) Frits (1906-1949) en Adolf (1908-1940). Pieter was getrouwd met Sophia Draaijer (1872-1932). Frits trouwde met Els Nelson (1908-2004). Zij kregen 4 kinderen, mijn vader Henk (1932-2023), Willem (1934? als baby overleden), Bob (1935) en Els (1937).

zaterdag 23 oktober 2021

Eind augustus 1933; reisdocumenten

Pieter bedenkt zich overdag, bijvoorbeeld in de tram, vaak dingen die hij zijn kinderen wil schrijven, maar als hij dan achter zijn typemachine zit, 'zijn de resultaten bedroevend.' Maar hij hoopt op eigen verbetering, zeker nu Keuzenkamp van diens 17-daagse vakantie is teruggekeerd en 'vandaag vertrek mijn patient (Mevrouw Chamers) naar Engeland, die ik ook net precies 17 dagen heb opgepast', dus nu is er tijd voor schrijven. 
Ten eerste bedankt Pieter Katy voor haar briefkaart en haar enthousiaste verhalen die ze vertelde tijdens de visite 'toen wij allemaal eendrachtelijk vergaderd waren op de Conradkade., over de chaos waar ze in kwam en hoe ze langzamerhand portiers, werksters, and last but not least, de twee opzichteressen naar haar hand moest zetten. Ik heb me van binnen in 27 krommingen en sierlijke curven zitten lachen over de manier waarop ze dat stelletje onder den duin aan 't krijgen is.'
En nu komt er weer een klein aapje uit de mouw, want in zijn verslag over de dagen in Brussel schrijft Pieter dat 'we' een monument voor postduiven zagen en dat was tijdens de bustocht die hij maakt, terwijl Adolf dan tijdelijk afwezig is. 
Nu lees ik: 
'Alvorens echter die visite af te steken komen nu eerste mijn vacantiedagen aan de beurt. Behalve die 5 dagen Brussel met Adolf en Mrs. Chambers heb ik in 5 jaar geen vacantie gehad.' Dus ze waren er gedrieeën en dat verklaart mogelijk ook het feit dat Pieter aan Adolf min of meer vrijelijk over haar schrijft. 
Pieter heeft wat geld gespaard en wil nu 12 dagen de hort op. Hij zal de boot nemen en via de Noordzee, door het Kanaal en langs de zuidkust van Engeland naar Dublin varen, om daar 8 dagen bij Adolf te logeren. 
Zo zou hij ook wel naar Moeara Laboe willen, maar hij vreest daar dan maar twee familieleden aan te treffen, omdat Frits veel op tournee is, 'maar sakkers, je ziet dan ook wat en doet dosissen onschatbare ondervinding op.'
Inmiddels heeft in Nederland iedereen zich gebogen over de foto's van HP. 'Op de eene kiek leek hij op deze, op de andere op die, hier was zijn lip sprekend die z'n lip en daar.....enz. enz. Ik, stumper, die daar allemaal niets van zie heb alleen stilletjes inwendig zitten glunderen om het groote genoegen dat men er van had.'
Al heeft Pieter een paar dagen voor vertrek de tickets voor zijn overtocht in handen, wat hem zeer tevreden stemt, toch is het nog even spannend, want hij is zijn paspoort kwijt. 'Hoopies dingen overhoop gehaald die tegelijkertijd de opruiming ten goede kwamen, maar toch op 't laatst onrustig wordend vanwege het maar steeds niet vinden.'  
Een uitzending met Beethoven, over de radio, maakt het gemoed er niet beter op, een lunch met scrambled eggs en een kadetje geeft echter frisse moed.
'Met een stofdoek gewapend trok ik ten strijde tegen den chaos in mijn boekenkast [...] nu was dat nagenoeg mijn laatste hoop. Mismoedig was het beeld van den grijzenden jongeman die daar op z'n Mohammedaansch voor zijn rommelige kitabs zat. Troostend kwam mijn hompt zich nestelen in het prettig warme holletje van mijn gekruiste beenen en bekeek met mij, zijn kopje schuin en oogen vragend, de boekenkast.'
En dan ziet Pieter een rommelig hoekje waar iemand een stapeltje papieren neer heeft'gekwakt'. 
'Misschien ik zelf wel; maar ik verdenk de werkster. In arren moede haalde ik dat stapeltje in het volle daglicht, getemperd door het sappige, zachte groen van de eikenboom die mijn achtervensters beschaduwen. Eerst wat aardig reclame materiaal. Goed om mee te nemen voor Adolf. Aha....een blauw gebonden boekje......gauw kijken......snert excuse the word en vooral in dit geval....een maconniek rituaal Verder. Weer zoo iets.....Hoerah....houzee.......mijn paspoort. Thank god. Zoo zien we alweer bewaarheid~: Zoekt en gij zult vinden.'
Voor de liefhebber (en natuurlijk voor Adolf) hierbij het reisschema en de intenties: 
Er is een brief van Els en een van Frits, maar wat vreemd: de laatste bestaat uit twee lege velletjes. Maar als hij heel goed kijkt, ziet hij dat er toch iets op geschreven is. 
''t Is toch treurig gesteld met de Indische financiën. Ik schreef er nog bij aan PaMa dat een dergelijke bezuiniging op de kantoorbehoeften toch wel de spuigaten uitloopt. Als ik A-R was zou ik rapporten met een dergelijk lint getikt niet willen lezen. Maar omdat het letteren van mijn zoo waren heb ik er een vergrootglas bij gehaald, een lap wit papier er onder gelegd en heb toen moeizaam de NLsche berichten kunnen ontcijferen. Zeg Frits, je tikt Henkie's dagboek toch niet op die machine hoop ik, want dan kan je er over een poosje absoluut niets meer van lezen.'
Pieter juicht het toe dat Frits nu eens even eigen baas is, al is Moeara Laboe niet ideaal, laat staan de pasangrahan (het tijdelijke logeerverblijf), toch is het 
'allemachtig prettig om niemand naar de oogen te hoeven zien [...] En al heb ik 't op het oogenblik schraaltjes en al kon ik indertijd best opzchieten met Van der Veen ik zou voor geen f 8000 naar Voorwaatrs terug willen. Tida mao. Voor mij geen tredmolen. Wel waren mijn eerste jaren met P.K. méér dan een hel, maar dat was in elk geval een hel van gelijkwaardigheid van beweging en rechten. Enfin, dat leed is ook al een der velen die geleden zijn - also, schamm d'r über.'*

En dan is er nog het nieuws dat Els aan een naaicursus is begonnen. Maar Pieter begrijpt niet waarom. 'Je werkt al zoo bijzonder mooi, kind. Je maakt je eigen jurken en wat dies meer zij. Dat vind ik al iets buitengewoons. Daarbij heb je smaak en slag van snit, dus liefje wat wil je nog meer?'
Maar dat Frits weer een studie heeft opgenomen, is te prijzen. 'Ik had al zoo lang niets meer over het Minangkebausch gehoord, niets meer van de verzameling plaatsnamen en derzelver oorsprong op de Westkust, dat ik den moed begon op te geven.'
Bijgevoegde advertentie bovenaan, komt uit de krant Voorwaarts, (mei 1931) en heeft waarschijnlijk niet echt iets met onze familie van doen. 

* Ybele Geert van der Veen (1884-1940), opgegroeid in een vooruitstrevend, vrijzinnig gezin, kwam in 1917 als redacteur bij Het Volk in Rotterdam. In 1920 werd vervolgens het dagblad Voorwaarts opgericht waarvan Ybele tot in 1937 hoofdredacteur werd. Toen de directeur ermee ophield, nam Van der Veen ook die functie over. Het blad was er in zijn ogen vooral voor 'de eenvoudige vrouw achter de wastobbe'. Het kreeg veel abonnees en ook veel adverteerders. Ybele gaf strak leiding, eiste veel van zijn medewerkers, maar ook van zichzelf. In 1928 trad hij in dienst van Het Volk. De laatste editie van Voorwaarts verscheen in 1945.  Hier meer over Van der Veen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

1880-1945; Pieters cv 1893-1915

Het is weer eens tijd voor een update van de informatie rond Pieter Deys. Ik probeer zijn 'werkzame' leven op een rijtje te zetten e...