Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. Het gaat hier om een deel van de geschieden

Mijn foto
Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. De informatie komt van foto's en brieven van Pieter Deys (1880-1945), de vader van Katy (1904-1977) Frits (1906-1949) en Adolf (1908-1940). Pieter was getrouwd met Sophia Draaijer (1872-1932). Frits trouwde met Els Nelson (1908-2004). Zij kregen 4 kinderen, mijn vader Henk (1932-2023), Willem (1934? als baby overleden), Bob (1935) en Els (1937).

donderdag 9 december 2021

December 1934 (5); ditjes en datjes

Er wordt (nog) niet aan gerefereerd in de correspondentie, maar intussen moet in Indië het pakket met cadeaus (en de vergroting van Henk waar Pieter eerder melding van maakte) zijn aangekomen. Op de foto zien we hoe alles met plezier wordt uitgepakt en bekeken.
Waar schrijft men dan over? Katy heeft een opzichteres horen zeggen dat er iemand was 'gecremeteerd', wat Pieter doet denken aan de dienstbode die het had over een 'gecascareerde' kater.  Pieter kan helaas niets bijdragen aan het spaarbankboekje van Henk, maar vindt dat die zich dan maar moet bedenken dat hij er zonder zijn grootvader helemaal niet geweest zou zijn. Met zijn 147,50 gulden op zijn rekening is hij op zijn tweede jaar in ieder geval al rijker dan zijn opa. 'Hij heeft ouders, vrij kost, inwoning en bewassching met complete bediening, vrij vuur en licht en geld toe. Wat 'n baantje!'
Frits heeft zijn vader bijzonderheden over de Bankinangsche bijen geschreven; wat vertelt het verhaal helaas niet.
Katy is naar Carré geweest, 'ja, het Amsterdamsche publiek is een apart ras.' Helaas kan Pieter het niet zelf komen aanschouwen, want hij heeft echt geen geld om met de feestdagen naar Amsterdam te komen. 
'Ik kan het heusch niet missen Kaatje. Ik moet elk dubbeltje ronddraaien voor ik het uitgeef, wat me met mijn losse hand toch al een bizonder zware taak is. Ik leef als een kluizenaar en het eenige wat ik me nog niet heb ontzegd is een cigaret.'
Hij belooft nog wel om de verzekeringspapieren die hij zojuist van Katy heeft ontvangen door te zullen nemen.  
Dan wordt het spannend. Let op:
'Salamanderspietje-gossiemijne wat zal je geschrokken zijn van die ptomaine verschijnselen. En wat een catastrophale uitwerking van alle kanten! Als 't eenmaal achter de rug is dan begin je het al gauw niet zoo heel erg meer te vinden, maar op het moment dat je er in zit, ben je in de hevigste angst-psychose. En, laten we eerlijk zijn, het is dan ook beangstigend. Jullie bent er gelukkig goed uitgekomen, maar die gevalletjes zijn heus niet om mee te spotten.'
Wat zou het toch jammer zijn al het altijd een raadsel zou blijven wat Pieter hiermee bedoelt, maar gelukkig krijgen we een goed idee bij het vervolg:
' Ik weet er van, want het is mezelf ook eens gebeurd, jaren geleden, met spinazie in blik. En nu, 19 jaar later, als een blik er een beetje oud of gedeukt uitziet, kijk ik het nog met scheele oogen aan. Ik kan me best begrijpen dat je voorlopig geen blik meer kunt zien. Ik hoop dat jullie tweetjes er geen nadeelige gevolgen van zult hebben.'
Pieter heeft boeken opgestuurd naar Indië en komt daar even op terug.
'Ja, die "Joden zonder geld" is een prettig en pittig geschreven boek.* Je moet je beschouwingen putten uit de feiten. Ik koos dat boek omdat het indertijd goed gerescenceerd was. Het andere boek heb ik zelf niet geheel kunnen lezen maar de Albatros serie is altijd goed.** Het is maar zelden dat je daar een onleesbaar boek in tegen komt.' 
Er moet een foto gekomen zijn van het beste hotel in Fort de Kock met Els en Frits erop - maar het kan ook om twee afonderlijke foto's gaan.
'Zeg Esje, ik vind dat je schromelijk overdreven hebt wat betreft je beschrijvingen over je avoir du pois. Lieve kind, je bent een schattige, slanke verschijning. M'n ouwe vrind Van Limburg Stirum zou bij het zien van die heldere, frissche liefheid hebben gezegd: om van te eten.' 
Ook Frits staat er goed op. Zijn 'vrindelijke snuit'  zou door zijn vader heus wel herkend worden als hij voorbij zou lopen op de Coolsingel, ook zo 'bekleed met waardigheid en pet.'***
Er volgt nog een vaderlijk advies en heuse 'lezing', maar die neem ik op in het volgende blog.



* Joden zònder geld is een vertaling van het zeer succesvolle boek Jews without money van Michael Gold (1893-1967). Het is een geromantiseerde autobiografie over het leven in de sloppenwijken van de 'lower-east-side in New York, vanaf eind negentiende eeuw, in een omgeving met name bevolkt door Joodse immigranten uit Oost-Europa. Deze roman werd in 14 talen vertaald en verteldt volgens de auteur het verhaal van armoede in een ghetto in New York, maar het kan net zo goed elders hebben plaatsgevonden; joden hebben eeuwenlang in zo'n universele ghetto gewoond. 

** The Albatros Press werd opgericht in 1931, met name gefinancierd door Brits-joodse zakenlui. De uitgeverij profileerde zich als Brits. maar opereerde vanaf het vaste land. De eerste 18 delen werden in Milaan uitgegeven en een jaar voordat Hitler aan de macht zou komen, bevond het hoofdkantoor zich in Hamburg. Het bijzondere verhaal van dit bedrijf met diverse series (waaronder moderne anglo-amerikaanse literatuur en misdaad) lees je hier.

*** Misschien is het hotel Centrum in Fort de Kock waar de foto is genomen, maar dat is allerminst zeker. De onderstaande foto is uit 1925.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten

1880-1945; Pieters cv 1893-1915

Het is weer eens tijd voor een update van de informatie rond Pieter Deys. Ik probeer zijn 'werkzame' leven op een rijtje te zetten e...