Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. Het gaat hier om een deel van de geschieden

Mijn foto
Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. De informatie komt van foto's en brieven van Pieter Deys (1880-1945), de vader van Katy (1904-1977) Frits (1906-1949) en Adolf (1908-1940). Pieter was getrouwd met Sophia Draaijer (1872-1932). Frits trouwde met Els Nelson (1908-2004). Zij kregen 4 kinderen, mijn vader Henk (1932-2023), Willem (1934? als baby overleden), Bob (1935) en Els (1937).

dinsdag 8 februari 2022

Februari 1936 (6); meer van die twijfelachtigheden

Pieter is alweer een flink aantal dagen aan boord. Het zit niet echt mee. Nu is de Golf van Biskaje berucht om z'n wispelturige weer, vooral in de winter, dus helemaal verbazend is het niet. Gelukkig ligt het schip inmiddels wel wat zuidelijker, bij de monding van de Douro, maar het 'Biskaaische' weer lijkt ze te achtervolgen.
'Mijn harp en de voornoemde "barina" heb ik aan de wilgen gehangen. We liggen hier sedert zondagmiddag [het is donderdag 13 februari]. Het stormde toen te erg om de rivier op te stoomen en aan de nevenhaven Leixoes was ook niet te geraken. Daar stond de branding huizenhoog. Het leek wel of er op geregelde secondentelling reusachtige mijnen ontploften. De storm gierde en loeide door het want en toen de kapitein zoo terloops vroeg of ik wist waar mijn zwemvest lag en we het wrak van de indertijd verongelukte "Orania" bij de zuid-pier zagen liggen, toen was het nu niet bepaald wat men "gemütlich" pleegt te noemen.'*
Om niet op de kust geworpen te worden, stoomde het schip voor de riviermonding heen en weer. 
'Gisteren was het de eerste mooie dag, maar aangezien er in de monding van de Douro een zandbank ligt, waar men alleen bij hoog water langs kan, is ons pad bezaaid met bodemangels en klemmen.'
Helaas is het om 6 uur en de volgende dag om 7 uur hoog water en dan is het zowel 's morgens als 's avonds te donker om het risico te nemen. Daarnaast kan de stroming van de rivier door de hevige regenval ook heel sterk en verraderlijk zijn. En dan liggen er inmiddels ook nog eens zeker vijftien andere schepen te wachten. 
'Het ziet er hier uit als indertijd voor de Nieuwe Waterweg toen er in Engeland staking was in de steenkolenmijnen. De vraag is nu: nummer hoeveel staan wij op de loodslijst, hoeveel schepen kunnen zij per dag binnenbrengen, hoeveel plaats is er op de Douro en laat de toestand van de rivier ons toe überhaupt binnen te gaan. Bij een en ander speelt ook de diepgang der schepen gedurende den korten tijd dat het hoog tij is een rol.
En zoo houden wij dan maar God en de poolster voor oogen, onderdrukken alle wrevel en ongeduld en hopen dat onze naaste betrekkingen door de K.N.S.M. wel te weten zullen zijn gekomen dat we niet naar de Biskaaische haaien zijn. Dat men hierbij al zijn philosofie noodig heeft en als bijbelteksten alle spreuken en spreekwoorden opzegt die de deugd van HET GEDULD aanprijzen, laat zich inmiddels denken. 
Intusschien weet ik niets - zelf niet het kleinste ietsje. Of de Negus Neghesti zijn Rassen nog negert, of de Italianen ondergeregend zijn of niet, of Göring weer een nieuw uniform aan heeft, of 't nieuwe kabinet in Frankrijk nog niet is afgetreden, hoeveel Roode Kruizen er gebombardeerd zijn, hoeveel kinderen door het ijs gezakt, auto-ongelukken en ridders van Oranje-Nassau er zijn bijgekomen, en zoo meer.'**
Alleen wist de hofmeester een enkele keer Hilversum te ontvangen, als hij niet werd dwarsgezeten door Roemenië. Het nieuws is echter alleen dat het in Nederland flink vriest. En dan heeft Pieter ook al veertien dagen geen muziek gehoord.
'Ik heb een gevoel dat ik als Rip van Winkle van deze schuit af kom, oud, gerimpeld en met grijzen baard, om alles veranderd te vinden.***
Wie weet hoor ik bij aankomst dat de Vereenigde State van Europa 'n voldongen feit zijn geworden, dat de nergus een dochter van Mussolini als extra-bijwijf krijgt, dat er een te kort is aan arbeidskrachten in alle vakken, dat Rotterdam aan armere gemeenten geld leent, dat de Indische ambtenaren salarisverhooging hebben gekregen, en meer van die twijfelachtigheden.'

* De S.S. Orania was een vracht- en passagiersstoomschip van de Koninklijke Nederlandsche Lloyd. Het voer een vaste verbinding met Zuid-Amerika.
Op 19 december 1934 was het bij zwaar weer met een loods de lastige haven van Leixoes ingevaren (nauwe doorgang en zandbanken) en lag het middenin voor anker, terwijl er werd ingescheept. Een Portugees vrachtschip kwam met (te) hoge snelheid diezelfde haven ingevaren en ramde de Orania midscheeps. Dit gebeurde zo snel dat de waterdichte deuren niet op tijd gesloten konden worden, dus maakte het schip snel water en lag het na een half uur al bijna geheel onder. Ook was er geen tijd geweest om de reddingsboten te laten zakken, maar kleine lokale bootjes brachten de passagiers aan wal. Er vielen geen slachtoffers, maar alle bagage en de gehele vracht ging wel verloren. 
De foto is van Leixoes.

** Hermann Göring had van kinds af aan al een voorliefde voor militaire uniformen. 

***Rip van Winkle is een kort verhaal uit 1819 van Washington Irving en gaat over een man (van Nederlandse komaf) die in zijn omgeving wel geliefd is, maar niet door zijn vrouw. Hij ontsnapt daarom de heuvels (Catskill Mountains) in, waar hij een man ontmoet die zegt een geest te zijn. Rip valt beschonken in slaap en wordt pas 20 jaar later weer wakker. Intussen heeft de Amerikaanse revolutie plaatsgevonden, waardoor Rip in de problemen komt als hij zegt een onderdaan van George III te zijn. Gelukkig wordt hij herkend en gelooft men zijn verhaal. 
Het 'Rip van Winkle effect' wil zeggen dat de tijd steeds sneller lijkt te gaan naarmate je ouder wordt. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

1880-1945; Pieters cv 1893-1915

Het is weer eens tijd voor een update van de informatie rond Pieter Deys. Ik probeer zijn 'werkzame' leven op een rijtje te zetten e...