Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. Het gaat hier om een deel van de geschieden

Mijn foto
Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Als schrijver van dit blog ben ik maar een doorgeefluik. De informatie komt van foto's en brieven van Pieter Deys (1880-1945), de vader van Katy (1904-1977) Frits (1906-1949) en Adolf (1908-1940). Pieter was getrouwd met Sophia Draaijer (1872-1932). Frits trouwde met Els Nelson (1908-2004). Zij kregen 4 kinderen, mijn vader Henk (1932-2023), Willem (1934? als baby overleden), Bob (1935) en Els (1937).

dinsdag 23 mei 2023

1880-1945; Pieters cv 1893-1915

Het is weer eens tijd voor een update van de informatie rond Pieter Deys. Ik probeer zijn 'werkzame' leven op een rijtje te zetten en dat valt niet mee, want hij heeft meer dan 12 ambachten achter zijn kiezen. En dat begint al op zijn 13de! Dan is het 1893 'toen ik bij de Spoorwegen kwam', zoals hij zelf later schrijft. Maar een functie vermeldt hij niet. Drie jaar later is hij telegrafist op het station van Zuurfontein, maar of dat een functie bij de spoorwegen of in het leger is, is mij niet bekend. Hij is wel gaan vechten, zoals blijkt uit een archiefstuk:
'Opgave van de kosten van de verleende bijstand door de burgemeester van Vlissingen aan behoeftige Nederlanders uit Zuid-Afrika verdreven en aan boord van de Harwardan Castle en te Vlissingen geland, 21 Augustus 1900.'
Hierin staat genoteerd:
'P. Deys, artillerist Pretoria, 1 k 3e kl Amsterdam f4,25 f 2,50 zakgeld'
Inderdaad is hij, na een voettocht naar Oranjestaat in '98, in 1899 toegetreden tot de Transvaalsche Staatsartillerie. Dit is precies een dag voordat de Engelsen de oorlog zouden verklaren.*
In de Neerlandia, jaargang 16 uit 1912, staat nog wat meer informatie, die ik ook weer verder kan aanvullen.
'De heer Pieter Deys, sedert 4 1/2 jaar inwoner van Johannesburg, is aldaar tot lid van den Stadsraad gekozen. De heer Deys is in Holland geboren, kwam in 1892 in Zuid-Afrika, nam deel aan den oorlog, werd door de Engelschen naar Nederland teruggezonden, ging in 1903 naar Zuid-Afrika terug, was van 1903 tot 1907 in Engelsch Indië en keerde daarna weer naar het land van goud en diamanten.'
Kort voor die terugreis naar Zuid-Afrika, medio 1903, solliciteert hij nog naar de baan van journalist bij Ons Land (een Zuid-Afrikaanse krant), maar hij wordt het niet. Om toch aan de kost te komen werkt hij dan maar bij een zaad- en grafkranzenfirma en in een kaaspakhuis, dat is dan nog in Nederland (?). 
Eigenlijk is er vervolgens bar weinig bekend van zijn werkzaamheden in Zuid-Afrika en India. Behalve dat hij zich als verloskundige gedraagt bij de geboortes van zijn kinderen. Zoals hij zelf schrijft:
'Bij Katy's geboorte heb ik en niet de dokter een vloeiing gestelpt; Frits heb ik zelf, heelemaal alleen, eigenhandig gehaald en bij Adolf heb ik de chloroform toegediend terwijl de dokter zijn instrumenten hanteerde.'
Pieter geeft wel zelf een opsomming van zijn carrière in de beginjaren: 
'Eerste public speech - eerste erebaantje - mijn eerste lezingen - mijn eerste trouwjaren - mijn eerste promotie [...] de boerenoorlog - mijn boerenschoolmeesterschap [...] politiek, gemeenteraadslid, wethouder voorzitter Provinciale Raad - redacteur-eigenaar Maconic Journal of South Africa.'
Het tijdschrift begint hij in 1914. In dat jaar is hij tevens vice-voorzitter van de South African Labour Party.
Wat die vrijmetselarij betreft, komt Pieter in 1908 kijken. Dan begint hij bij zijn 'Mother Lodge' de Zion Lodge die opereert volgens de Scotish Constitution. Pieter schrijft dat hij bij deze loge respectivelijk secreataris, junior warden en master is geweest, tot 1914 aan toe.
Ondertussen vergeet hij te vermelden dat hij in 1909 met een bedrijf staat ingeschreven onder 'Staas, Deys & Co.; Het Zuid Afrikaansche Handelshuis. Het fiasco met de circusartiest die Pieter mogelijk in de Boerenoorlog heeft leren kennen. De samenwerking zal niet langer dan 2 1/2 maand standhouden, omdat Staas, met achterlating van veel schulden, de benen neemt. 
We weten ook dat Sophie in de tussentijd vele malen optreedt als zangeres en dat Pieter probeert daar een professionele carrière van te maken - wat niet zal lukken, al is zijn vrouw een zeer gevierde alto-sopraan. Ze zet zich ook in voor het behoud van de Nederlandse taal en voor het vrouwenkiesrecht.
En het zou zomaar kunnen dat er voor mijn overgrootvader nog baantjes bijkomen in deze periode. Wat deed hij toch in India, behalve zijn zoon 'halen', omdat die zich later aankondigde dan verwacht en de eigelijke vroedvrouw net heen was gezonden? 
Mogelijk moeten we diverse wapenfeiten met een korrel zout nemen. Een groot deel van wat we weten, komt uit Pieters eigen brieven aan zijn kinderen. Het zou zomaar kunnen dat hij zijn werk rooskleuriger en serieuzer heeft doen voorkomen dan het in werkelijkheid was.


* De Staatsartillerie van de Zuid-Afrikaansche Republiek was strikt militair qua functie en structuur. De onderdelen bestonden uit veld- en fort artillering, een telegrafische sectie en een medische en dan nog het muziekkorps. 
De artillerie bestond voornamelijk uit wapens van Creusot, Vickers en Krupp. 
Pieter zal in 1919 voor Vickers werken, als onderdirecteur van Vickers House Ltd.
Na het verlies van de Boeren trekken zij zich terug in Oranje Vrijstaat en bij de verovering van Pretoria naar Oost-Transvaal. In deze oorlog werd voor het eerst gebruik gemaakt van wapens die dienden ter ondersteuning van de infanterie. Het goede functioneren hiervan bij de Boeren ontlokte aan de oorlogsverschaggever Winston Churchill de opmerking:
'These are the finest gunners in the world - they can teach the Royal Artillery a lesson or two.'
Het regiment werd aan het eind van de oorlog, in 1902 opgeheven. 





zondag 7 mei 2023

Augustus 1930; banjo lievio

Dit is in feite het allereerste bericht voor 'de oorsprong'van dit blog. Ik ben begonnen bij de eerste brieven die geschreven en uitgewisseld werden, vrijwel meteen na het huwelijk van Els en Frits op 10 augustus 1930. Direkt na de ceremonie en receptie vertrokken zij op huwelijksreis door Europa tot aan Genua, waar ze op de boot stapten naar Indië. Daar begon Frits aan zijn nieuwe carrière en zou hij, met een onderbreking van 9 maanden verlof, met zijn/zonder gezin 16 jaar blijven. 
Nu vond ik twee ansichtkaart die duidelijk op huwelijksreis is geschreven, 2 en 10 dagen na de inzegening. Frits schrijft allereerst vanuit Brusselnaar zijn familie in Rotterdam:
'Lieve Allemaal,
We maken 't best!! Om pm 6 uur passeerden we de grens. In R'dam verschillend evan V.M. en ook Heer en Mevrouw Lüning en V.T's. 't Weer is best. We hebben een niet te duur Hotelleke. Morgen meer. Veel liefs van overgelukkige Frits en Els.'
De kaart van de dag ernaar heb ik niet, maar dan:
'Plaats van herkomst duidelijk [hij doelt hier op het bijschrift bij de foto aan de ommezijde] 20/8/'30 
Lieve Allen,
Vanmiddago alhier gearriveero en bijna niet in staato zuiver Nederlandcha te scriba. Zijn per tram aan alle kanten deze reuze stad doorgeweest, gaan vanavond uit, (hebben net gegeten) en zullen morgen mooie kaarten koopen en schrijven.
Dag, banjo lievio van Fredro en Elisio.'

In dit blog is intussen al lang duidelijk geworden dat er voorafgaand aan het huwelijk al veel brieven, kaarten, plakboeken en allerhande documenten geschreven, verstuurd/uitgewisseld en gelukkig bewaard zijn gebleven. Er is in deze familiegeschiedenis duidelijk geen begin en eind; een rijk gevoel.


donderdag 16 februari 2023

1914 (?); the people for the people

Eerlijk gezegd heb ik geen idee uit welk jaar deze kandidaatsposter is, maar ik vermoed dat het 1914 was, omdat er een speldje in mijn 'archief' zit van de S.A.L.P van 4 juli 1914 met rondom 'Workers Unite' en 'VWerkers Vereeniging'[sic.].* Pieter stelt zich dan (?) kandidaat voor de Labour Party in Ward 2 van Johannesburg.** Hij heeft voor die gelegenheid ook speldjes laten maken met de slagzin: Vote for better "Deys". 


* De S.A.L.P (South African Labour Party) werd in 1910 opgericht en steunde voornamelijk blanke arbeiders in de steden. De partij wilde bescherming bieden tegen concurrentie van niet blanke arbeiders. Lees hier meer.

** Wards zijn geopolitieke subdivisies van de gemeente. Ward 2 bestreek een vrij groot gebied. Inmiddels kent Johannesburg 130 wards. De drukker in Braamfontein bevond zich niet ver van Pieters adres dat in Gauteng gelegen is (maar inmiddels staat er nieuwbouw). Ik ben het niet eerder tegengekomen en vermoed dat het een kantooradres is. 

dinsdag 7 februari 2023

1936-1942 vader aan Katy; insult to injury

Er zijn door Katy nog vijf ansichtkaarten bewaard, die haar vader aan haar schreef, eerst nog verstuurd naar Amsterdam, daarna naar Dublin.
De eerste komt uit Ide Hill, een dorp in Kent. Hij lijkt wat cryptisch, maar is het niet.
'L.T. I could not get a telegram away from here on Sunday, so I asked Geo to send a telegram on behalf of the four of us on Monday. Va-Ko-Ge-Mi. But last night Geo came back and had forgotten all about it. So perhaps he will send it to-day. If not you will know that the intentions were good. I repeat: may happy and happier returns of the day. The fun is nearly at an end, and I cannot understand that I have been here for 22 days. I am seeing Thos. Cook in London. Bye bye dearie. K. has written you herself. Heaps of love Dad.'
Zes dagen later volgt nog een kaart, dit maal uit Londen. 
'L.T. Man proposes - God disposes. My steamer had an accident and is in the drydock in Hamburg. I am now trying to get back on the same boat by which I came, which travels via Antwerp, Rotterdam, Havre . Should get to Rotterdam I will ring you up, because I don't think you will stay there long. Micky is in bed with a bit of a temperature and soar throat. Many thanks for your letter. Don't write to Opoto yet till you hear from me. Heaps of lover Dad.'
Ernaast is nog een 'handtekening van 'Koekie' toegevoegd.

De twee kaarten zijn uit een periode die we kennen: Pieter zit al enige tijd in Portugal en is voor een zomervakantie uitgenodigd door de familie Chambers. Katy is er ook nog enkele dagen geweest. Va-Ko-Ge-Mi zijn dus Vader, Koekie, George en Micky.
De kaart uit 1939 is naar het Ierse adres gestuurd, vanuit Rotterdam.
'D.K. Thanks for your typically Irish card, from which I note that there "ain't no news" Same here, in a world on tenderhooks. En over hoe warm het was en hoe ver zal ik maar niet schrijven. Ik stuur je het krantje waar 1 ber. uit is voor Frits. Nou dè und halte dich zeh! 27 van Dad.'
Vanuit Gouda komt een kaart even voor het nieuwe jaar ingaat. 
'D.K. Just a try on. Perhaps this card will reach you, as Ireland is after all a neutral country. After the war miss Hoedemaker and I will get married and stay on here in the small house which we managed to get hold of in this small place. We received the terrible news about A, through The Hague. His wife marrying a few months after his death, adds insult to injury. We wish you a new year as happy as possible under the circumstances. And God help poor Frits and his wife & children. We hope to hear that you are well. Love Dad.'
In juli 1942 is er weer contact. Een volgeschreven kaart, is het deze keer, zonder afbeelding.
'D.K., Yesterday I received your card dated 24-3-'42 so it took a little over 3 months , and very glad I was to get it. Yes, the face of the world is changing fast. I simply cannot convince myself that I shall never see A. again. It seems like a bad dream. I cannot understand that snake of a woman. I was pleased to hear that your health is keeping up to the mark. We here are always the same; no complaints. But for the war, this last year has been the happiest in my whole long life. Two years ago I was in a camp of civil prisoners at Schoorl near Bergen. But I must admit that the Germans treated me very decently. It is just a year now that we live in an old fashioned cottage all by ourselves; f 5,- a week. It is a little damp, but very comfortable, and I am working a bit of garden, a strip of stone, brick and cinders along side the house, 2 x 13 meters. Potatoes and celery doing well. Outdoor tomatoes have difficulties. Too cold. Spring onions fair. 
Is aunt Nelly still alive?
How did you get to know that F. was not at Pontianak anymore? I was terribly worried, because the place has been bombarded. There was no fighting in the part of Java, where you say he is now. Jopie will be pensioned off next January. As soon as this war is over, we intend to go and live in the Ahrthal, where you and I had such a nice time, or in the South of France - Lourdes, which is also a beautiful spot. As there is strife and missery enough in the world, I hope that you will accept the situation as it is, all the more so as we hope to see each other after the war. Therefore, love from both of us and au-revoir from Dad.'

In de ruim 7 jaar waarin deze berichten zijn verstuurd - en ontvangen. Is er veel gebeurd. Pieter zit aanvankelijk in Porto en Katy werkte nog in Nederland. Er is in '36 nog contact met Koekie en hoop op een relatie. De dreiging van de oorlog wordt voelbaar. Pieter keert terug naar Nederland en ontmoet zijn toekomstige vrouw Jopie Hoedemaker. Katy gaat in Dublin werken. De oorlog breekt uit. Adolf komt om het leven en Pieter, die al jaren geen contact meer met zijn zoon had, vervloekt de weduwe om haar snelle hertrouwen. Zelf vindt hij in de oorlog geluk bij zijn nieuwe vrouw, werkt hij in de tuin en maakt hij toekomstplannen. Maar een verhuizing naar Duitsland of Frankrijk zal er niet meer van komen. 
 






vrijdag 3 februari 2023

Januari 1937 rectificatie (5 bis bis); Ons Land

Er is natuurlijk heel veel over de Boerenoorlog te schrijven en reeds geschreven, dus ik beperk me hier tot informatie rond mijn 'ontdekking', of wel rectificatie. 

Na het uitroepen van de onafhankelijkheid (1880), werd de NZAV opgericht (in 1881).* Dit was de Nederlandche Zuid-Afrikaansche Vereeniging met als belangrijkste doel: propaganda. Dat wil zeggen het promoten van de banden tussen Zuid-Afrika en Nederland met name op het gebied van onderwijs, letterkunde en wetenschap. 
Omdat Nederland neutraal was, werd er geen openlijke steun voor de Boeren geuit, maar die was er door de eerder genoemde stamverwantschap wel. Bovendien werden in Nederland nog altijd mensen aangespoord om zich in Zuid-Afrika te vestigen. Dit kwam mede doordat er veel slechte berichten werden verspreid (door de Engelsen) waarin de Boeren werden afgeschilderd als ongeletterd. Dit maakte ze kwetsbaar en zou door Nederlandse invloed kunnen worden veranderd. Immigranten werden wel gewaarschuwd; mochten ze naar de Transvaal willen afreizen, dan was het belangrijk dat ze religieus waren (Calvinistisch), niet dronken, niet vloekten en ook niet arrogant waren, maar respectvol. Alleen zij konden 'bijdragen aan het welzijn van het Hollandse ras'. 
Maar hoe verliep het contact tussen Nederland en Zuid-Afrika? 
De pers zag er toen heel anders uit dan nu. 
In Nederland kwam de informatie over de Boeren aanvankelijk vooral uit boeken, waaronder kinderboeken, maar ook uit lezingen met patriotistische liederen, lichtbeelden en reisverhalen. Natuurlijk was er dan aandacht voor de sensationele aspecten, zoals naakte Zulumeisjes. Poëzie was ook belangrijk en daarnaast heldenverhalen, vooal over de Grote trek.
De Engelsen hadden bij de informatie-uitwisseling een enorme voorsprong op de Nederlanders, omdat zij een onderzees telegramsysteem hadden (zo'n beetje wereldwijd). De Nederlandse pers was nog niet heel erg professioneel en was afhankelijk van buitenlandse persbureaus of individuele, persoonlijke berichten (brieven aan familie bijvoorbeeld).  
Diverse publicaties door Afrikaanse nationalisten werden in Nederland becommentarieerd. Dat kwam mede doordat deze bronnen in Nederland beschikbaar waren! Er werden in Zuid-Afrika gepubliceerde bladen naar Nederland verstuurd, waaronder Ons Land (!) en Di Patriot. In 1881 had De Standaard een speciale Transvaalsche editie. Ons Land, uitgegeven in Kaapstad, berichtte vanuit het Boerenperspectief en sprak de Britse berichtgeving vaak tegen. Het was daarom in Nederland een belangrijke informatiebron, tot de Britse overname, waarop censuur en een verbod volgden. 
Bij het uitbreken van de Boerenoorlog wonnen de Engelsen snel terrein en werd de Nederlandse communicatie gecensureerd. De telegrammen die naar de Boeren werden verzonden verliepen allemaal over de Engelse lijnen. Toen de spoorlijn naar Delagoa Bay werd ingenomen, werd de post die hiermee werd verstuurd ook gecontroleerd. De Engelsen hadden bij aanvang van het conflict 200 journalisten in Zuid-Afrika, maar dat aantal zou in de loop van de strijd wel minder worden. 
Het Engelse leger begon tijdens het conflict met het deporteren van mensen die niet in Zuid-Afrika waren geboren en een bedreiging voor de bezetters konden vormen. Velen van hen waren pro-Boeren. Er waren ook veel vluchtelingen, die vervolgens vanuit het buitenland propaganda maakten voor de Boeren. Overigens waren vluchtelingen in Nederland niet echt welkom, maar ze waren er wel, zouden de regering om compensatie vragen en deze ook krijgen. Velen verkastten bij de bezetting van Pretoria op 5 juni 1900. Na die bezetting werd ook de Transvaalse krant de Volksstem verboden. Om toch zoveel mogelijk informatie te vergaren, werden in Nederland oproepen gedaan om alle gegevens (dus ook uit familieberichten) door te sturen naar de pers. 
In Nederland werden vluchtelingen onder andere opgevangen in het Afrikaner Tehuis op de Nieuwe Herengracht in Amsterdam. Deze opvang werd geregeld door het Christelijke Nationale Boeren Comité en bood permanent onderdak aan 70 mensen, voornamelijk uit de Kaapkolonie. Ze moesten er twee keer per dag uit de Bijbel lezen en er was een avondklok. 
Omdat de kampen met vluchtelingen in Mozambique erbarmelijk waren, werden velen getransporteerd naar Portugal. De Boerenelite, verspreid over dit land, maar ook in Duitsland, Nederland en Frankrijk, ging lezingen geven en mede daardoor verwesterde deze. 
Na de overwinning door de Britten werden de Engelse kranten in Zuid-Afrika overgenomen door Britse journalisten die propaganda maakten voor het nieuwe regime. Het bekendste voorbeeld hiervan is The Friend uitgegeven in Bloemfontein. Kipling zou hier een tijdje voor schrijven en ook Conan Doyle.** Voor sommigen journalisten had het maken van deze propaganda grote gevolgen voor hun carrière. 

Dus....Ons Land, uitgegeven in Kaapstad, was het blad waar Pieter op doelt (zie vorig blog) en een door mij gesuggereerd vertrek uit Nederland in 1919 is niet aan de orde. En kennelijk had hij aan het begin van de 20ste eeuw al journalistieke ambities; of had hij al aan de perswereld geroken? Pieters favoriete schrijver, Rudyard Kipling, heeft ook in Zuid-Afrika gezeten en geschreven, maar hij was een voorstander van het Engelse imperialisme, dus eigenlijk is de bewondering van Pieter enigszins verrassend - Ons Land was immers pro-Boer, dus dat zou je ook van de potentiële verslaggever kunnen verwachten. En zou het zo kunnen zijn dat hij (Pieter) aan het begin van de twintigste eeuw ook als vluchteling uit Zuid-Afrika vertrekt of wordt gedeporteeerd? Ik lees nog even verder in mijn bron en kom er vast op terug. 

* Lees hier meer over de NZAV.

** Hier meer over Kipling in Zuid-Afrika. In 'mijn dissertatie staat vermeld dat hij enkele maanden voor The Friends schreef, maar hier is prake van slechts 2 weken. 

woensdag 1 februari 2023

Januari 1937 (5 bis) rectificatie; 18 tamelijk flinke ratten

Helaas leest Pieter in 1937 in de NRC dat Bernhard Diamant ter ziele is en dat doet hem eraan denken:

'Zijn broer was een vriend van me in Kaapstad. Zijn vak was electriciteit maar toen ik hem leerde kennen zat ie in een kaaspakhuis. Moeder zweefde op de oceaan op weg naar de Kaap, ik had net m'n betrekking opgezegd in een zaad- en grafkransenhandel omdat ik verslaggever kon worden bij 'Ons Land'. Die kregen in dien tusschentijd iemand uit Holland op hun dak gestuurd zoodat ik bericht kreeg dat de aanstelling niet door ging. Met dreigementen heb ik toen 'n maand salaris los gekregen, maar stond toch toen moeder kwam net op straat. Toen ben ik ook een maand in de kaas geweest tot ik een andere baan had. Ik zal nooit vergeten dat ik in dat kaaspakhuis in een groote val, in één nacht, 18 tamelijk flinke ratten heb gevangen. De municipaliteit betaalde -/6 per rat, dus dat was een extraatje, net als een maand salaris van 'Ons Land', want ik ben after all geen drie dagen zonder baan geweest. Die arme Alex Diamant is naderhand in zijn vak geëlectrocuteerd, ergens op een kolenmijn bij Brakpan aan de Witwaterstrand. Poor chap. Hij had een reuze-knappe vrouw, 'n Afrikaansche nooientje [meisje]. Die is later ergens 'n boarding-house begonnen.'
 
In het stukje waar dit citaat in zit, voegde ik een noot toe over Ons Land. Ik had op internet gevonden dat dit een Belgisch periodiek was dat pas in 1919 het licht zag. Ik meende daaruit op te kunnen maken dat Pieter in die tijd dus terug moet zijn gegaan naar Zuid-Afrika, maar kon daar nergens bewijs van vinden. Nu ben ik recent eens verder gaan graven en zou het verhaal wel eens heel anders kunnen zijn. 
We weten dat Pieter rond de eeuwwisseling naar Nederland is vertrokken, maar in 1903 is hij terug en trouwt hij met Sophie in Kaapstad.
Nu ben ik een lijvige dissertatie aan het lezen van Vincent Kuitenbrouwer: War of the Words; Dutch Pro-Boer propaganda and the South African War 1899-1902. Hierin wordt uiteengezet hoe de berichtgeving over de Boeren verliep in Nederland (en daarbuiten). Waarbij het belangrijk is te weten dat 'propaganda' gewoon beschouwd moet worden als het vragen om aandacht en steun.
Even een geschiedenisles:
Tussen 1880 en 1890 vertrokken duizenden Nederlanders naar Zuid-Afrika en dan met name naar Transvaal (waarvan Paul Kruger toen president was), waar ze bijdroegen aan de ontwikkeling van met name moderne instellingen. Hierdoor groeide de boerengemeenschap aanzienlijk en werden regionale markten ontwikkeld; wat ook weer de Nederlandse handel ten goede kwam. Het betrof met name mijnbouw. De Nederlanders bekleedden vooral hogere functies en droegen bij aan de ontwikkeling van het spoornet en onderwijs. Zij oefenden ook invloed uit op de religie (die onder de Boeren met name Calvinistisch was). 
Transvaal vormde aanvankelijk een republiek met Oranje Vrijstaat en was in 1877 geannexeerd door de Britten. Maar de bevolking was hier ontevreden over en na een heftige stijd volgde in 1880 onafhankelijkheid. De Britten hadden overigens al in 1814 de 'Cape Colony' geannexeerd.
  
Enkele cijfers:
Tegenover de 6500 Nederlanders in Transvaal, stonden (in 1896) 41.000 Engelsen op een totaal van 75.000 'uitlanders'. Het meerendeel van deze mensen bevond zich rond Johannesburg (mijnbouw) en was laag opgeleid. Veel Nederlanders zaten rond Pretoria. In totaal werkten 1700 van hen aan de spoorlijn tussen Pretoria en Delagoa Bay (deze zou in 1895 worden voltooid). 
Aan het begon van de twintigste eeuw telde Zuid-Afrika vier keer zoveel zwarten als blanken. Deze grote, in feite natuurlijke, meerderheid werd gezien als een bedreiging door de Engelse en Nederlandse overheersers en zou ook nog eens een echte wig tussen Engeland en de Boeren kunnen drijven. Daarom werden de 'kaffers' in de Engelse literatuur en pers vaak afgeschilderd als achterlijk, wat weer een bedreiging vormde voor de Boeren. Ons land voelde zich erg met de Boeren verbonden. Dit wordt wel 'stamverwantschap' genoemd. 
Onderzoek uit 1902 heeft uitgewezen dat 50% van de Boeren van Nederlanders afstamden; 27% had Duits bloed en 17% Frans. Dat laatste was duidelijk in verband met de Hugenoten. 
Meer over de pers en andere kwesties in het vervolg.

dinsdag 24 januari 2023

1935 zonder maand (2); de rubriek 'm.l.'

Kijk aan, de brief aan de betachterkleinzoon is dan wel afgebroken, maar er ook nog een aanzet, of een soort concept. Het beslaat slecht anderhalve pagina en heeft dit keer geen copyright vermelding.
'Brieven aan den Kleinzoon van mijn Kleinzoon I
Beste Jongen, wanneer je deze brieven in handen krijgt om te lezen zullen de uitgebeitelde gedeelten van mijn grafsteen reeds verweerd en met mos overgroeid zijn en zal ik een illustratie zijn van de bloem waar de psalmdichter van spreekt in Ps 103:
"Men kent, men vindt haar standplaats zelfs niet meer."
Welke reden kan nu je bet-overgrootvader hebben met post mortems als deze, waar hijzelf het beste bewijs is van de vergankelijkheid der dingen? Dat zal ik je zeggen, m'n jongen. Ik wil het vergankelijke nog een wijle rekken. Als ik nu b.v. iets lees over de Egyptenaren van vijf à zeven duizend jaar her, dan kan ik je met behulp van photografieën, bibliotheken, museums en het lidmaatschap van een reisvereeniging heel veel van het onderwerp Oud Egypte te weten komen. Het allereerst valt dan op dat zij kundige en koene bouwmeesters waren, veel aan godsdienst deden en zeer vernuftig waren in het balsemen en preserveren hunner dooden.'
En daar laat Pieter het weer bij. Zo hebben we allemaal wel ergens projecten liggen die slechts een aanzet/aantekening zijn of vaag omschreven idee bevatten. Zou dit er ook een zijn? Pieter schrijft namelijk nog 'een brief'. Misschien is het een opzet voor een lezing in de loge? Daar heb ik namelijk nog een voorbeeld van, maar dat is een hele lange tekst die misschien later nog wel eens volgt. Nu alleen even deze:
'Wij vijftigers
Zoo lang we nog geen zestig zijn behooren we tot de vijftigers - misschien noemen we onszelf. " 'n goeie vijftiger" of "net even in de vijftig", maar in elk geval classificeeren wij onszelve nog over de rubriek 'm.l.' en voelen ons, zooals de geeikte term luidt, nog .... in de kracht van ons leven. En hoe minder we in den spiegel kijken, hoe langer we nog allerlei illusies behouden. 
Als de jongere familieleden en kennissen beginnen te zeggen: 'Nou, je houdt je nog goed' of 'Wat zie je er nog goed uit', dan geeft dat kleine woordje 'nog' stof tot nadenken. Dat wil eigenlijk zeggen dat men al lang verwacht had je in een rolstoel gekluisterd te zien, of minstens om je aan den arm van een verpleegster tegen te komen, al kuchende in het zonnetje op een singelwandeling. We zien er dus nog goed uit....voor onzen leeftijd. Gelukkig. Maar de stempelinkt die Vader Tijd gebruikt is intusschen niet radeerbaar, en hoe jeugdiger, gezond en sterk we er ook uitzien, voelen en doen, en al springen we menig blasé, lusteloos dertigertje nog over den kop, toch zal men van ons alles knap vinden....voor onzen leeftijd.'
Het is duidelijk een aanzet, omdat er achterop nog aantekeningen zijn gemaakt: 
Achterop staan nog wat aantekeningen:
'Inmiddels zegt men niets van die:
Kortademigheid
kammen ons haar over het kale plekje
verzwijgen rheumatiekscheut en doen of we géén pijntje in onze groote-teenknobbel hebben.'
Maar of deze 'lezing' ooit het licht heeft gezien, weet ik helaas niet.  

1880-1945; Pieters cv 1893-1915

Het is weer eens tijd voor een update van de informatie rond Pieter Deys. Ik probeer zijn 'werkzame' leven op een rijtje te zetten e...